Boven het maaiveld komen bij de gemeente Zwolle

24-05-2016

Interview met Christian Voortman – gemeente Zwolle*

‘Ik ben boven het maaiveld gekomen. Daar ben ik trots op. Het betekent dat onze aanpak, resultaten en ideeën over de rol van de gemeente in de veranderende samenleving gehoord worden. Het betekent ook dat ik meer vragen en kritiek krijg.’ Aan het woord is Christian Voortman, senior beleidsadviseur ruimte en economie bij de gemeente Zwolle, één van de aanstichters van het coöperatief WijBedrijf Dieze. Hoe draagt hij bij aan Nieuw Organiseren binnen de gemeente en hoe is hij boven het maaiveld gekomen?

Nieuw Organiseren: pionieren in de gemeente 

‘Ja, ik voel me een pionier op het gebied van Nieuw Organiseren,’ vertelt Christian, ‘niet zozeer theoretisch gezien, eerlijk gezegd lees ik niet zoveel boeken over Nieuw Organiseren. Ik verbind het vooral aan de manier waarop ik werk, aan de inhoud. Zo vond ik het wel inspirerend om Jaap Peters en zijn visie op Rijnlands Organiseren te horen. Als gemeente willen we klimaatneutraal worden, een grote uitdaging die we niet in ons eentje voor elkaar krijgen. Deze ambitie vraagt een andere manier van werken, waarbij we meer met burgers, zzp’ers, ondernemers en maatschappelijke organisaties samenwerken en hen helpen hun ideeën rondom duurzame energie te realiseren. Daarbij is het belangrijk dat het resultaat duurzaam is en dat people, planet en profit in balans zijn. Hoe duurzaam is het vanuit dat perspectief als wij als gemeente bijvoorbeeld zonnecellen kopen en uitdelen aan burgers? In plaats van die aanpak hebben we gekozen voor een aanpak waarmee niet alleen CO2 gereduceerd is, maar ook de werkgelegenheid en betrokkenheid van bewoners vergroot is en de woonlasten omlaag zijn gegaan. We hebben bewoners van een wijk gevraagd ideeën aan te dragen om hun wijk energieneutraal te krijgen. Vanuit deze vraag is een coöperatie opgezet. De coöperatie voert nu projecten uit waar bewoners aan mee kunnen doen. De eerste actie is het plaatsen van zonnepanelen. Bijzonder daarbij is dat voornamelijk aannemers uit de wijk dit zullen doen. Het binnen de wijk gezamenlijk werken aan het energievraagstuk leidt zo ook tot een positieve sociale ontwikkeling in de wijk. Dat is fantastisch om mee te maken.’

Geen ivoren toren maar samenwerken met en voor de wijk

‘Nieuw Organiseren start bij ons vooral met een andere rolinvulling. De gemeente faciliteert de gemeenschap in het zelf ontwikkelen van oplossingen voor gemeenschappelijke vraagstukken. We zoeken daarin continu de samenwerking en proberen actief belangen te bundelen. Zo ontstaan andere werkwijzen en uiteindelijk ook een andere wijze van organiseren.’

‘Nieuw Organiseren komt voor de gemeente voort uit noodzaak,’ zegt Christian. Voor de crisis vroegen wij ons al af of de manier waarop we het werk hadden georganiseerd wel effectief was. Toen hadden we als gemeente grote vraagstukken en veel geld. Als beleidsambtenaren maakten we een programma van projecten om deze vraagstukken aan te pakken. De projecten gaven we als opdrachten door aan partijen, zoals een woningcorporatie of een waterschap. Vervolgens controleerde ik via rapportages de voortgang. Dit zonder ook maar één keer in de wijken te komen, waar we het beleid op gericht waren! Door bezuinigingen vanuit het Rijk maar zeker ook doordat de crisis heeft toegeslagen, hebben we minder geld te besteden. De vernieuwing moet nu komen vanuit de stad zoals die erbij ligt. Dat betekent dat je je anders verhoudt tot die vraagstukken: je gaat je anders organiseren en meer samenwerken. Er wordt ook minder gebouwd. Vroeger behaalden we onze doelstellingen door middel van nieuwbouw. Bovendien zijn uitdagingen zoals ‘klimaatneutraal worden’ te complex om als gemeente in ons eentje aan te pakken. En al helemaal niet van achter ons bureau. We kunnen niet meer vanuit onze toren de oplossingen bedenken voor ingewikkelde uitdagingen en dat volledig financieren. Steeds vaker geldt dat we dat ook niet meer willen. Als gevolg daarvan werk ik tegenwoordig minder planmatig en programmatisch en meer organisch in samenwerking met burgers, zoals binnen de coöperatie WijBedrijf Dieze.’

WijBedrijf Dieze 

De bewoners van de wijk Dieze in Zwolle hebben zich met de stichting Blauwvinger Energie uit Zwolle en Zwolse bedrijven verenigd en het Coöperatief WijBedrijf Dieze opgericht. Het WijBedrijf is van, door en
voor alle bewoners van Dieze en is gericht op de duurzame ontwikkeling van de wijk. Het kan ingezet worden voor energie, water, zorg, voedsel, onderhoud van de openbare ruimte en voor andere zaken waar bewoners behoefte aan hebben en waar ze een business case voor bedenken en willen uitvoeren. Voor de oprichting heeft de gemeente Zwolle subsidie gegeven in het kader van het project ‘energie als motor voor burgerkracht’ aan Blauwvinger Energie. Doel van het project is 500 woningen in de wijk voorzien van zonnepanelen. Dat leidt tot een verlaging van de woonlasten en versterking van de sociale structuren in de wijk. 

Bron: www.toekomststerk.nl/cooeperatief-wijbedrijf-dieze.html 

‘Er is een kleine en steeds groter groeiende groep mensen, zowel binnen het gemeen- tehuis als daarbuiten, die samenwerken aan uitdagingen vanuit de vraag: wat vraagt deze wijk, wat willen de mensen zelf? En wat kunnen we als gemeente bijdragen aan het realiseren van die doelen?’

Actieve burgers dwingen gemeente tot andere werkwijzen 

‘Wat we nu zien is dat de coöperatie die we hebben gecreëerd met vragen bij de gemeente komt. De gemeente dient daarop te reageren, maar de vragen passen niet goed bij de bestaande werkwijzen. Hierdoor komen deze werkwijzen ter discussie te staan. Dit zien we bijvoorbeeld bij het vraagstuk van terugkerende wateroverlast door regenval. Uit de coöperatie stamt het idee om bewoners te helpen hun tuinen te vergroenen in de strijd tegen deze wateroverlast. Hierdoor wordt de wijk leefbaarder en krijgen hoveniers uit de wijk meer werk. De coöperatie klopt met dit plan aan bij de gemeente voor financiële steun om dit concept verder uit te werken tot een ‘Challenge’. We zien dat het waarschijnlijk een goedkopere en betere oplossing is dan de wijze waarop de gemeente de wateroverlast zou aanpakken. Wij zijn dus enthousiast! Maar tegelijkertijd kunnen we hier moeilijk mee aan de slag. We zitten nog vast aan het oude systeem waarin wateroverlast wordt verholpen door verbetering en/ of vervanging van het riool. Let wel: dat zijn systemen met een afschrijving van 65 jaar. In dit systeem is geen geld gereserveerd voor tussentijdse aanpassingen. De vraag leidt ertoe dat wij de werkwijze die we gewend zijn ter discussie stellen. We moeten bijvoorbeeld een andere wijze van begroten gaan ontwikkelen om te onderzoeken of het initiatief van de coöperatie inderdaad goedkoper is. Als gemeente hebben we dus iets gecreëerd in de samenleving dat ons uitdaagt om onze eigen organisatie aan te passen. We organiseren zo eigenlijk via een omweg onze eigen organisatieverandering.’

Groeiende tegenkrachten en de kwetsbaarheid van pioniers 

‘De kiem voor Nieuw Organiseren is in 2013 gelegd. Daar schreef ik toen de blog over. Na deze periode waarin ik als het ware onder de radar kon pionieren en waarin ik relatief vrij kon experimenteren, komen we momenteel in een nieuwe fase. We boeken nu zichtbare resultaten met elkaar. Er wordt meer geluisterd en gekeken naar wat onze groep gelijkgestemden doet. Tegelijkertijd ontstaan er ook meer vragen en weerstand: de huidige werkwijze werkt toch goed? Meer en meer heb ik het gevoel dat we de nieuwe werkwijze moeten verdedigen. De snelle antwoorden zijn vaak niet voorhanden in deze nieuwe werkwijzen. Ik heb tijd nodig om een proces te ontwikkelen dat leidt tot antwoorden. Dat is erg wennen voor een organisatie die stuurt op output. Als ik niet zorgvuldig blijf uitleggen wat we doen, zal er meer frictie ontstaan. Dan zullen collega’s ervaren dat ik als een olifant door de porseleinkast ga. Zelf ervaar ik meer en meer onrust binnen de gemeente over wat ik al pionierend aan het doen ben. Doordat ik nu ook zichtbaar voor anderen boven het maaiveld kom, groeien de tegenkrachten. Het maakt mij en anderen kwetsbaar. De volgende stap is onze visie en aanpak bestendigen, daar met ons groepje sterker in worden en hiervoor steun zoeken bij het management om dit te mogen blijven doen.’

Lerend experimenteren

‘Mijn ambitie: een start-up aan de rand van de organisatie die steeds nieuwe concepten test in experimenten en ze daarna schaalbaar maakt. Zelf vind ik dat ik daaraan nog te weinig tijd en aandacht besteed. Ik vertel natuurlijk wel over de projecten in gesprekken, maar echt de discussie aangaan en confronteren doe ik nog weinig. Eerlijk gezegd vind ik dat ook spannend om te doen. Ik kan een discussie met iemand die al twintig jaar in het vak zit en met inhoudelijke argumenten komt, maar moeilijk winnen. Als pionier begin ik nu wat beter te begrijpen hoe al die mechanismen werken, maar ook hoe een andere begroting zou kunnen werken of wat er voor nodig is om een coöperatie als WijBedrijf beter te laten functioneren. Ik heb geen algemeen ‘bewezen’ antwoorden, ik werk vooral vanuit een grotere visie en behaal stukje bij beetje resultaten. Ik ben lerend aan het experimenteren.’

Oproep tot ambassadeurschap

‘Ik vraag me overigens af of ik door de discussie aan te gaan de verandering wel voor elkaar kan krijgen. Is het niet effectiever om vanuit de periferie, vanuit die plekken waar de energie zit, de organisatieverandering voor elkaar te krijgen? Soms ga ik inmiddels de discussie bewust uit de weg. Dan neem ik wat afstand. Tegelijkertijd begrijp ik de oproep om meer te verduidelijken, om ook intern meer samen te werken en als ambassadeur op te treden. Het voelt als de volgende stap in mijn ontwikkeling. Ik ben niet zo snel trots, maar als ik iets moet noemen, dan is het toch wel dat we boven het maaiveld zijn gekomen. Dat er enthousiasme is ontstaan voor de dingen die we doen. Dat is het resultaat van de manier waarop we werken. En ik ben trots dat we hebben volgehouden, ondanks dat het een zoektocht is voor onszelf en de mensen om ons heen. Want moet je nagaan: we zitten nog maar in de startfase!’

*In de publicatie ‘Pionieren naar Nieuw Organiseren’ van Broosz staan verander- en praktijkverhalen van de pioniers uit de Community of Practice Nieuw Organiseren centraal. Het verhaal van Christian Voortman is daar ook te vinden. Op 23 juni starten we met een nieuwe groep pioniers. Interesse om mee te doen? Klik dan hier voor meer informatie of om je aan te melden. Nieuwsgierig naar andere verander- en praktijkverhalen van Nieuw Organiseren pioniers uit verschillende sectoren? Bestel dan nu hier ‘Pionieren naar Nieuw Organiseren’, ook als e-book verkrijgbaar.